Slapen op zee - Reisverslag uit Airlie Beach, Australië van Sabine Caron - WaarBenJij.nu Slapen op zee - Reisverslag uit Airlie Beach, Australië van Sabine Caron - WaarBenJij.nu

Slapen op zee

Door: Sabine Caron

Blijf op de hoogte en volg Sabine

24 Februari 2015 | Australië, Airlie Beach

Van extreem krachtige cyclonen tot verdwalen op een 'onbewoond eiland' en van zwemmen met giftige kwallen tot opgegeten worden door een kat. Het waren een gevaarlijke paar dagen in Australië, maar daarom heus niet minder leuk!

Ik zal bij het begin beginnen en dit betekend dat we voor dit verhaal teruggaan naar Townsville. Ergens in de middag kwam mijn bus aan in dit kleine Oostkust-plaatsje. Het was er gelukkig droger dan Cairns (lees: er waren geen non-stop regenbuien), maar daarvoor in de plaats kreeg ik een volle tropische hitte in mijn bakkus. Ik wandelde mezelf al zwetend, met mijn warme, zware backpack een halfuur over een heuvel omhoog en werd in mijn hostel voor die nacht ontvangen door een hele lieve vrouw. Ik verbleef in een guesthouse dat door een familie gerund werd en dat was te merken. Iedereen was heel aardig en behulpzaam en ik voelde me er vrijwel meteen thuis. Bovendien had mijn kamer airconditioning. Dat begon ook al goed! Omdat het al wat later in de middag was, besloot ik mijn koele huisje toch maar weer te verlaten voor een bikini-wandeling over de boulevard langs het strand. Er was een soort zwembad dat gevuld werd met zeewater waar je veilig in kon zwemmen (had ik al gezegd dat het kwallenseizoen was?), dus daar heb ik in geluierd tot de zon onderging. Toen ik vervolgens op zoek ging naar avondeten bleek de supermarkt bijna te sluiten en van haar versproducten af te willen. Net zoals de Appie Hein met haar 35% korting stickers kon ik voor heel goedkoop een hele kant en klare kip kopen. Ik had geen zin om verder te koken in de hete keuken, dus wat ketchup (ook een soort van groente toch?) maakte de maaltijd compleet. Tijdens het eten kreeg ik al snel gezelschap van de huiskat, die natuurlijk ook een hapje mee wilde eten. Hij stelde mijn vriendelijkheid echter niet op prijs en hapte niet alleen in het stukje kip dat ik hem gaf, maar ook in mijn hand. Het begon al flink te bloeden en ik maakte me uiteraard meteen zorgen om inentingen die ik misschien niet of wel voor dit soort situaties had genomen. Gelukkig wist de eigenaresse me gerust te stellen met wat alcohol, een pleister en de informatie dat de kat gezond was. Ik kon met een gerust hart naar bed, jeej! Ik sliep op de kamer met een oude, backpackende vrouw. Ze was in de 60, maar had evenveel energie en levenslust als een jonge hond. Zij reisde, in tegenstelling tot mij, omhoog langs de Oostkust en kon me dus veel tips geven over de weg die ik nog moest afleggen! Ze kletste honderduit totdat haar ogen rond 19:00 uur al dichtvielen. Misschien het enige wat verraade dat ze mijn leeftijd niet meer had.

Mijn tweede dag in Townsville zou ik niet in Townsville doorbrengen. Ik wist namelijk van te voren al dat dit plaatsje op het vasteland niet zo heel veel te bieden had. Echter, even verderop was een eiland te vinden waar wél veel moois te vinden was: Magnetic Island. 'Maggie', zoals dit kleine stukje land in de oceaan, ook wel door haar bewoners liefkozend wordt genoemd, was te bereiken met een ferry. Het was wederom een snikhete dag, maar de wind op het water maakte veel goed. Het eiland was klein genoeg om in één dag helemaal te kunnen zien, maar te groot om volledig te voet te bezoeken. Er was een hop-on-hop-off-bus die je kon nemen, dus daar maakte ik gebruik van. Het eiland was amper bewoond en had dus heel veel plekjes waar niemand te vinden was. Het leukste was nog wel dat het heel veel inhammetjes en baaitjes had, waar je dus in kon gaan om op een stukje privé strand te chillen. Ik kreeg het vrijheidsgevoel goed te pakken toen ik tijdens een wandeling opeens het wilde idee kreeg om van het pad af te wijken. Lekker avontuurlijk, dacht ik. Nou, iets té misschien. De eerste twee uur was het geweldig. Klimmen over rotsen, kokosnoten proberen open te maken en daar ook nog eens in slagen en lekker zwemmen op verlaten plekjes. Er vlogen overal vlinders en papegaaien, er liepen leguanen en hagedisjes over het pad en het was alsof ik een vakantie in een vakantie beleefde. Na drie uur was mijn water echter op en was ik verdwaald. Ik had er in al mijn enthousiasme niet over nagedacht dat dat in combinatie met de temperatuur en het tijdstip (2 uur 's middags, het heetst van de dag) nogal gevaarlijk kon worden, en raakte in paniek. Ik probeerde terug te gaan in de richting waarvanuit ik was gekomen maar leek de weg alleen nog maar meer kwijt te raken. Ik vervloekte mezelf om zo dom te zijn geweest en was bijna op het punt van opgeven en neerstorten aanbeland toen ik iemand anders zag lopen. Het was geen luchtweerspiegeling, beter zelfs, het was een eilandbewoner die de weg wél wist! Na nog een uur met een droge mond en rood hoofd door te hebben gezet kwam ik aan bij de meest afgelegen baai van het eiland, waar ik de hele kraan dankbaar heb leeggedronken. Chillend op het strand werd ik nog mee uitgevraagd op date door een lokale visser, maar besloot zijn aanbod toch maar af te slaan. Ik had wel genoeg avontuur voor één dag gezien. Hij liet me voordat hij afdroop nog wel even de kaart van het eiland zien. Ik had geen busticket hoeven kopen! Ik had bijna alles én een flink stuk extra 'wild deel' helemaal zelf gedaan. Terwijl de zon onderging en ik uitgeput op de ferry terug naar Townsville zat voelde ik me hierom toch stiekem wel een beetje trots.

De volgende ochtend zou de bus naar Airlie Beach om 6 uur al vertrekken. Ik had in die vroege uurtjes geen zin om weer dat halfuur met mijn backpack af te leggen en zag daar dus heel erg tegenop. In mijn achterhoofd had ik wel al een oplossing bedacht. In een steegje om de hoek van het hostel had ik de dag ervoor een verlaten supermarktkarretje gespot. Als die er 's ochtends nou nog steeds zou zijn, zou ik mijn backpack daarop kunnen leggen en daarmee naar het busstation kunnen lopen. Nieuwsgierig liep ik om 5 uur de deur uit en rende nog net niet naar de bewuste plek. Yes! Hij was er nog! Zo snel en zo stil mogelijk begaf ik me met het karretje naar de plek waar ik moest zijn. Er reed voor dat erbarmelijke tijdstip nog best veel politie rond waar ik voor moet oppassen. Toen ik eenmaal in het drukkere gedeelte van de stad aankwam durfde ik het niet meer aan en heb ik de kar gedumpt. Die laatste 10 minuutjes lopen zou ik nog wel trekken.

Na een busritje van 5 uur (ja, ik gebruik bewust een verkleinwoord, dit is voor Australische begrippen niet heel lang) reden we Airlie binnen. Ik had geen idee waar het hostel dat ik voor die avond had geboekt zich bevond, maar wel hoe het heette. Ik schrok toen ook ontzettend toen ik het gebouw langs de weg zag staan en de busrit naar het centrum vervolgens nog 20 minuten duurde. Dit was dus dik drie kwartier lopen uit de stad! Een sportieve motivatie had ik met dit warme weer niet zo, dus ik probeerde een andere slaapplek te zoeken. Er waren zat kamers in een hostel midden in het dorpje, aan het water, dus dit was perfect! Nu die andere plek nog afbellen... De man aan de telefoon was erg boos. Hij had schijnbaar andere mensen die mijn kamer wilden weggestuurd omdat ik gereserveerd had en kon deze last-minute afzegging dus niet waarderen. "Always these backpackers, what a joke", briesde hij kwaad door de telefoon. Mijn schuldige gevoel verdween echter al snel toen ik de gezelligheid rondom het hostel waar ik nu verbleef observeerde. Met terassjes, surfwinkeltjes en het strand voor de deur was deze locatie veel en veel beter! Ook mijn kamergenootjes waren tof. 6 vrolijke meiden waar het meteen mee klikte en waar ik na 10 minuten meteen een rondleiding door Airlie van kreeg. Ik kocht eten en bier in de supermarkt, want de volgende dag zou ik een tweedaagse zeiltrip gaan maken naar de Whitsundays, een eilandengroep die zo mooi is dat je hem met een bezoek aan Australië niet mag missen!

De keuken van het hostel was nogal ranzig, dus ik koos ervoor om Fish&Chips bij het zaakje naast de deur te halen en dit op het strand op te eten. Er waren dit keer geen katten, maar meeuwen die een hapje met me mee aten. Dit keer bleven mijn handen gespaard hihi.
Terwijl ik de zon in de zee zag zakken werd de lucht steeds donkerder. Ik was inmiddels in gesprek geraakt met een lokale schipper en we kletsten over het weer. Er was namelijk een cycloon op komst en niet de minste ook! Het zou een storm met een gradatie van 5 van de 5 zijn. Het zwaarst mogelijke dus! Het was op dat moment nog niet zeker waar aan de kust hij precies toe zou slaan, maar het kon goed dat dit in de buurt van Airlie was. Aangezien de plaats direct aan zee ligt, was er bovendien risico op een tsunami. We werden geadviseerd binnen te blijven en als echte meiden fokten we elkaar op de kamer de hele avond op. We hadden de stoelen al van ons balkonnetje binnen gehaald en de bedden van het raam af geschoven. De naderende cycloon had inmiddels een naam gekregen (Marcia), maar het was binnen heel knus en gezellig. Toen we de volgende ochtend wakker werden en uit het raam keken was alles nog precies hetzelfde. De storm had ons overgeslagen en was op het laatste moment een andere richting uitgeweken. Pfieuw! In sommige plaatsen aan de oostkust zaten ze zonder electriciteit en waren de wegen overstroomd. De meeste mensen konden geëvacueerd worden, maar ik was toch wel opgelucht dat ik daar niet één van was. Met zo'n gebeurtenis wordt je er wel weer even aan herinnerd dat niet iedere plek op de wereld zulke veilige natuur heeft als Nederland.

Voor mijn zeiltrip had ik echter het perfecte moment uitgekozen. Terwijl de trips van de meeste mensen de hele week werden gecancelled door Marcia, was mijn vertrekdatum precies de dag na de cycloon. Bovendien kwam de zon alweer door en dit zorgde voor prachtige condities om het water op te gaan. Bij een cafeetje ontmoette ik de crew (Andrea en Ronnie) en de rest van de groep, die bestond uit 2 Zweedse meisjes, 2 Aziatische meisjes, een Brits gezin en 2 jonge stelletjes (Canadees en Duits). Onze boot heette 'Prima' en dat kon wat mij betreft niet toepasselijker. We gingen van land en genoten van biertjes en reggae-muziek op het dek. We konden echter niet teveel drinken, want we zouden gaan snorkelen! Het water tussen de Whitsundays zit namelijk vol met koraal, tropische vissen, schildpadden en...jawel: giftige kwallen. Om toch te kunnen zwemmen moesten we wederom een anti-kwallen wetsuit/prikpak aan. De onderwaterwereld was hier nóg mooier dan in Cairns (zie vorige blog), met name omdat de zon ervoor zorgde dat de kleuren van het koraal nog helderder waren. Na een uurtje genoten te hebben klommen we weer terug aan boord voor een middagsnack: nachos met gesmolten kaas bereid door Andrea. Jammie! Al het eten op deze trip was inclusief, dus deze kookkunsten beloofde wat voor het avondeten! We meerden aan in een baai. Dit was een perfecte plek om de nacht door te brengen omdat er minder golven waren dan op het open water. De anker werd uitgegooid, de zon ging onder en Ronnie maakte stomme grapjes over vissen. Vervolgens hadden we diner onder een heldere sterrenhemel en daarna werden de bedjes tevoorschijn getoverd. Een beetje claustrofobisch daarbinnen was het wel. Ook was alle warmte van de dag in de boot blijven hangen, wat de ruimte veranderd had in een kookpot. Laten we het er maar op houden dat ik betere nachten heb gekend.

Om 5.30 werden we als een stelletje uitgedroogde en gebroken mossels wakker van een bromgeluid. Ronnie had de motor alweer gestart om verder te varen. Gelukkig had Andrea ook niet stilgezeten en deelde koffie en een ontbijt van vers fruit uit. Toen ik al etend de zonsopkomst in de frisse ochtendlucht op het dek bekeek was ik mijn brakke nacht alweer helemaal vergeten. Wat kan de wereld toch mooi zijn jongens! We waren niet zonder reden zo vroeg opgestaan. We zouden namelijk naar een erg populair uitkijkpunt gaan (Whiteheaven beach, een strand dat hoog in de top 10 van mooiste stranden van de wereld staat) en Ronnie had al voorspeld dat het er die dag druk zou gaan worden. Dankzij deze actie waren we als eerst op het eiland en hadden we na een wandeling naar de top van de berg alle ruimte en tijd om alles in ons op te nemen! Krakelwit zand dat als verf in golvende bewegingen op een azuurblauw doek was aangebracht begroette ons. Het was net als in de brochures! Na de gebruikelijke foto's en 'ooooohs' en 'aaaaaaahs' gingen we weer naar beneden om in deze levende ansichtkaart rond te lopen. In het water zwommen kleine 'Lemonsharks' (mini-haaitjes), dus we konden niet zwemmen, maar mochten wel een uurtje of twee relaxen op het strand.
We hebben die middag nog op twee verschillende locaties gesnorkeld en weer veel nieuwe vissen gespot. Ook zagen we een pijlstaartrog over de bodem zweven. Het koraal was bij de laatste locatie als een soort van grand canyon waar je doorheen kon zwemmen. Heel gaaf! Andrea hield ondertussen de trip met een marker bij op een whiteboard-kaart met zodat we konden zien waar we waren geweest en heengingen. Na weer een fijne lunch ben ik in de zon in slaap gevallen op het dek van de boot. Niet heel slim, want toen ik wakker werd was ik roder dan sinterklaas z'n mijter. Gelukkig was de avond alweer aangebroken en vaarden we weer in een rustige baai voor de nacht. We speelden in het donker met het licht van een zaklamp op het water. De vissen werden hierdoor aangetrokken en sprongen omhoog in de spotlight en dit was heel leuk. Het was die nacht veel kouder, dus ik heb ook beter kunnen slapen. Een zonsopkomst later werden we weer in de haven van Airlie gezeilt. Alsof het zo had moeten zijn werd het pas op dat moment voor het eerst weer bewolkt.

Omdat de meeste wegen aan de Oostkust nog steeds overstroomd zijn rijden er misschien geen bussen morgen. Ik zou eigenlijk verder willen, maar moet waarschijnlijk noodgedwongen nog een paar dagen in Airlie blijven. Zolang de zon schijnt maak ik me echter geen zorgen. Ik ben al zat blij dat ik de afgelopen dagen zo heb kunnen genieten terwijl sommige backpackers en Australiërs in levensgevaar zijn geweest. Ik neem het met de dag. We zien wel wat er gebeurd! ...En is dat niet juist de charme van reizen?

  • 25 Februari 2015 - 14:18

    Omacaron:

    Je blijft genieten he maar ik wil er ook niets van missen tot ziens oma

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Sabine

Utrechtse nep-brabo met een liefde voor longboarden, filmen en pannenkoeken. Verzamelt guilty pleasures op haar iPod en is niet vies van waterig festivalbier. Oh en gaat eind 2014 naar Australië, vandaar deze blog.

Actief sinds 13 Juli 2014
Verslag gelezen: 199
Totaal aantal bezoekers 12858

Voorgaande reizen:

30 September 2014 - 18 Mei 2014

Ginger goes Down Under

Landen bezocht: